De gemeenteraad heeft de Ruimtelijke Structuurvisie afgelopen donderdag vastgesteld. Een goede visie. GroenLinks is blij dat er in de raad al volop is gesproken over de uitwerkingsrichting. Leuk een mooie visie, maar we moeten het ook waarmaken!
In de laatste gemeenteraadsvergadering van 2009 is de Ruimtelijke Structuurvisie vastgesteld. Een belangrijk document, want de visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Delft moet regelmatig geactualiseerd worden. De dubbele ruimtelijke strategie van de Structuurvisie spreekt GroenLinks aan:
op innovatieve wijze verdichten en vergroenen. Verdichting is voor ons alleen aanvaardbaar als er vergroening tegenover staat. Een grijze compacte stad is geen aantrekkelijke stad, een groene compacte stad kan dat wel zijn.
Aan de Structuurvisie is een uitvoerig traject voorafgegaan en een Plan-MER gemaakt. De diverse inspraakreacties, het toetsingsadvies van de Commissie voor de MER maar ook de discussie in commissie Ruimte & Verkeer laten zien dat een punt, met name veel aandacht verdient: ‘Hoe gaan we deze dubbele strategie (verdichten en vergroenen) handen en voeten geven?’ Verdichten kan op allerlei manieren: het stapelen van functies, het overkluizen van wegen, etc. GroenLinks heeft de afgelopen jaren steeds voor meervoudig ruimtegebruik, creativiteit en slimme oplossingen gepleit en we zijn dan ook heel blij met de belangrijke plek die het in deze visie krijgt.
Toch blijft wel de vraag hoe we er met zijn allen voor zorgen dat er in de toekomst verdicht, maar ook vergroend wordt. Deze Structuurvisie gaat over de hele stad en zegt: verdichten én verdunnen. Maar in de praktijk praten we straks over bestemmingsplannen, waarin groen en rood tegenover elkaar komen te staan. Belangen tegenover elkaar staan. In de Structuurvisie worden sommige gebieden 2 of 3 keer bestemd en wordt nog geen keuze gemaakt. Risico is dat groen het onderspit delft, omdat je het overzicht op het geheel verliest.
GroenLinks heeft daarom zowel in de commissie Ruimte & Verkeer als in de gemeenteraad aangegeven dat in het uitvoeringsprogramma concreet moet worden aangegeven op welke plekken de knelpunten wat betreft leefbaarheid en groen met name zullen ontstaan, en op welke onderwerpen. En hoe we die knelpunten aan gaan pakken.
Het uitvoeringsprogramma zal als onderdeel van de Structuurvisie ter besluitvorming aan de raad worden voorgelegd. De raad herijkt met een raadsbesluit elke twee jaar het uitvoeringsprogramma en elke vier jaar de structuurvisie. We krijgen dus nog ruimschoots de kans om het uitvoeringsprogramma te beoordelen. Met name of de dubbele ruimtelijke strategie volgens GroenLinks goed uitpakt. En die kans zullen we zeker benutten in 2010, als het eerste uitvoeringsprogramma er ligt.