Na berichten in de pers dat het regionale lobbybureau WFIA onder andere een foute voorstelling van haar resultaten gaf, heeft een extern onderzoek geleid tot aanpassingen in de organisatie en de verantwoordingsstructuur. Dat geeft echter geen garantie voor betere resultaten aan bedrijfsvestiging en voor werkgelegenheid in Delft.
De GroenLinks fractie staat kritisch tegenover het voornemen van het college tot voortzetting van de regionale samenwerking in de West Holland Foreign Investment Agency (WFIA). Concreet vragen wij ons af of er substantieel meer resultaat haalbaar is door de vernieuwde WFIA. Daar zijn wij echt nog niet voldoende van overtuigd, ook niet na toezeggingen van wethouder Vuijk in de raadscommissie deze week.
Na de teleurstellende cijfers over de eerste vijf jaar, is het resultaat van de WFIA voor Delft in 2006 echt verbijsterend. Er zijn vorig jaar géén concrete resultaten geboekt aan vestiging van bedrijven of toegenomen werkgelegenheid. Het behaalde totaal van slechts 26 arbeidsplaatsen in 6 jaar betekent, met zes keer 90.000 euro per jaar, dat iedere behaalde arbeidsplaats ruim 20.000 euro heeft gekost. Daar zijn wij beslist niet enthousiast over. De positieve toon van het collegevoorstel en de presentatie van de directeur van de WFIA in de commissie wordt daarmee flink onderuit gehaald.
Wij vragen ons af waarom de gemeente Delft zonder goede aantoonbare resultaten ruim 90.000 euro geheel vooruit zou moeten blijven betalen aan de WFIA. Een systeem van no cure no pay lijkt ons veel reëler. Dat is in de zakenwereld een wel meer geaccepteerd systeem. Er zou ook gedacht kunnen worden aan een gedeelte vooruit betalen voor meetbare activiteiten en een tweede deel achteraf als bonus voor daadwerkelijk behaalde resultaten. Een andere optie die in de raadscommissie is besproken is het tegen betaling afnemen van een beperkt aantal diensten van de WFIA, een zogenaamd cafetariamodel.
In de commissie heeft de wethouder toegezegd het voorstel zo te wijzigen dat de voorgestelde duur en financiering van de nieuwe samenwerking met een jaar wordt beperkt tot 2007 en 2008. In het eerste jaar wil de wethouder duidelijk gebruik maken van zijn rol in de nieuwe Raad van Portefeuillehouders van de WFIA om de werkplannen van de WFIA beter af te stemmen met het nader te bepalen Delftse economische beleid en de mede door de gemeenteraad gewenste resultaten van dat beleid.
Meerdere partijen hebben het nu aangepaste voorstel over continuering van de samenwerking met de WFIA terug genomen voor overleg. Dat betekent dat pas in de raadsvergadering van 25 januari een definitieve beslissing valt te verwachten. Een lastig gegeven is dat Delft nu als laatste deelnemende gemeente nog moet beslissen. De andere regiogemeenten hebben al voor voortzetting gekozen.