Op 10 december stelde GroenLinks raadslid Ron Witsenboer schriftelijke vragen over het klimaatbeleid en de ambities van de gemeente Delft. GroenLinks maakt zich zorgen over de ambities van het College ten aanzien van het Delftse klimaatbeleid en over de voortgang van de uitvoering daarvan. Aanleiding voor de vragen was de lage score van Delft op de klimaatkaart van Nederland die door Milieudefensie is gemaakt. Ook op basis van nieuwe cijfers die het College aandraagt zou Delft niet hoog scoren, maar in de reactie van het College wordt uitgesproken dat de ambitie van het College onverminderd hoog is. Ook wordt de toezegging gedaan dat er komend voorjaar voorstellen voor aanscherping van het beleid komen.

De ambities van het College van Burgemeester en Wethouders wat betreft het klimaatbeleid zijn nog steeds hoog, zegt het College. Desondanks beschikt Milieudefensie niet over actuele cijfers uit Delft. De gemeente verzuimde namelijk om de duurzaamheidsmeter 2007 in te vullen.

Zouden nu recente cijfers gebruikt zijn door Milieudefensie, dan zou Delft een score van 19 in plaats van 16 halen op het aspect klimaatbeleid, zegt het College. Toch een duikeling naar een gedeelde 14e plaats, terwijl het College trots meldt dat in 2005 nog een top 3 score op het punt van het klimaatbeleid werd gehaald. De totale klimaatscore van Delft zou daarmee op ongeveer 16 uitkomen. Dat blijft een matige score, waarmee Delft een eerloze gedeelde 46e plaats haalt.

In November 2006 heeft Ron Witsenboer wethouder Merkx al gevraagd waarom de gemeente de meting van COS-Nederland over duurzaam inkopen niet had ingevuld. Tijdgebrek was toen de reden voor het niet-invullen, maar wel werd verwacht dat Delft goed gescoord zou hebben met haar beleid. Zorgwekkend is dat het college nu weer meldt dat het niet-invullen van de duurzaamheidsmonitor te wijten is aan een te kort aan menskracht en dat zij vooral inzet op het realiseren van de doelstellingen. En dat terwijl de lage score van Delft juist te wijten is aan de hoge CO2-uitstoot per inwoner.

Positief nieuws is dat het college de concrete ambitie uitspreekt om komend voorjaar weer bij de beste 3 op het gebied van klimaatbeleid te horen, dankzij de update en aanscherping van het 3E klimaatplan uit 2003.

Hopelijk leidt de oprichting van het Warmtebedrijf Delft de komende jaren inderdaad tot verbetering. Het Warmtebedrijf moet de nieuwe wijk Harnaschpolder en de wijk Poptahof (na de herstructurering) gaan voorzien van restwarmte van de afvalzuivering Harnaschpolder.

In de vorige raadsperiode werd het initiatief voor het warmtebedrijf genomen door GroenLinks wethouder Grashoff. Hij wist Europese subsidie te verwerven, door deelname in een Europees Sesac-project.

Deze week werd ook bekend dat het op te richten Warmtebedrijf een subsidie van 4 miljoen Euro tegemoet kan zien vanuit de “Unieke kansen regeling” van het ministerie van Economische zaken. De subsidie komt onder meer ten goede aan de aanleg van een warmtetransportleiding.

De fractie van GroenLinks is blij met de toezegging van het College dat dit voorjaar een definitief voorstel voor oprichting van het Warmtebedrijf komt en er een update en aanscherping van het 3E-klimaatplan komt. Deze plannen zullen nauwlettend in de gaten worden gehouden. Voor GroenLinks is het verbeteren van de klimaatscore een belangrijk doel voor de tweede helft van de lopende raadsperiode.