Leuke winkels bij avondlicht. Ik ging het donkere café binnen en vroeg aan de jongeman achter de bar waar het GroenLinks-publiek zich bevond: nog twee treetjes lager, nog donkerder. Ik moest goed kijken want ik behoor alweer 10 jaar bij de Gepensioneerden.

Ik waande me in een ver verleden, toen ik actief was eerst bij de CPN en later GroenLinks. Meestal werden in  kleine, sobere ruimtes de plannen besproken voor acties: Tegen de oorlog in Vietnam, Anti Apartheid, Baas in eigen buik, Abortus vrij, Ban de Bom.., kortom: elk weekend actie.

Jammer dat mijn schoonzus Carla er niet was wegens ziekte. Zij was een van de redenen dat ik weer eens ‘ging kijken’. Ik was ook benieuwd of ik oude activisten tegen zou komen. Niemand gezien. Maar leuk was dat mijn jonge neef Raphaël Gerbrands de honneurs waarnam van de voorzitter van GL, Carla Frayman, en ik met hem kon kennismaken.

Het café liep langzamerhand vol met meest jonge mensen. Ik genoot van een glas wijn en ging op een trap naar boven staan om wat foto’s te maken. Op het plateautje onderaan de trap botste ik tegen een vrouw op: “o, sorry” zei ik en meteen erachteraan “burgemeester”. Ze lachte. “Het is hier ook zo donker” .

Raphaël speechte namens Carla en daarna volgde een welbespraakte jonge vrouw met een praatje uit het hoofd (fractievoorzitter Rinske Wessels, red.). Ik dacht: goed zo dames. Het feminisme heeft toch zin gehad, de vrouwen laten van zich horen!

Ik zocht mijn halflege glas wijn op een tafeltje en daar had inmiddels een oude mijnheer plaats genomen, ook met een halfleeg glas wijn. Ik vroeg aan hem welk glas van mij was, ging naast hem zitten en wij raakten aan de praat.

Hij was iets ouder, maar toch uit dezelfde tijd. Hij was priester geweest, had het ambt verlaten,  ging trouwen en had nu kleinkinderen. Na het priesterschap de Sociale Academie, in het Jongerenwerk, actief in de politiek geweest en kwam net als ik maar weer eens kijken of hij oude makkers kon vinden.

Er stond iemand tegen ‘ons’ tafeltje aan, draaide zich om, weer de Burgemeester. Zij boog zich over ons heen en vroeg wie wij waren. “Oude linkse rakkers” zei ik. Mijn tafelgenoot vertelde wie hij was en daarop sprak de burgemeester vol vuur over een boek dat ze aan het lezen was en dat met het Joodse geloof te maken had. Ze was heel openhartig, ze luisterde en was werkelijk geïnteresseerd. Ik zei dat ik het bijzonder vond dat zij als CDA-er  hier aanwezig was, waarop zij met een zekere trots in haar stem antwoordde: “dit is toch ook een van mijn partijen! “.

Vervolgens zei ze dat de VVD ook aanwezig was. “Deze mijnheer,” wees ze, “is de fractievoorzitter van de VVD”. Waarop die mijnheer mij hartelijk de hand schudde en een gelukkig nieuwjaar wenste.

Ik was enigszins verlegen met mijn gedachte dat ik tien jaar geleden een VVD’er nooit de hand zou hebben geschud!

Lichter geworden?